Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want, gaat over in de eilanden der [21]Chitteers, en ziet toe, en zendt [naar] [22]Kedar, en merkt er [23]wel op; en ziet, of diesgelijks geschied zij? 21. Zie Gen.10:4, en Num.24:24. 22. Zie Gen.25:13, onder hfdst.49 vs.28; Ps.120:5,6; Hoogl.1:5. Men houdt het voor landstreken in woest en steenachtige Arabie; verg Ezech.27:21. 23. Hebr. zeer.